Oorverdovende stilte - anoniem

22-03-2023

Het was stil die avond. De straat was verlaten en het enige geluid dat te horen was, was het gedempte geluid van het verkeer op verre afstand. De straatverlichting verspreidde een zacht gouden licht dat alles wat het raakte, in een mysterieuze gloed zette.

Ik stapte uit mijn auto en liep naar het huis van mijn beste vriend, Tommy. Ik had een afspraak om samen met hem wat te gaan drinken en ik haastte me omdat ik al een aantal minuten te laat was. Tommy en ik hebben elkaar ontmoet op de basisschool zo'n 20 jaar geleden en werden al vrij snel beste vrienden. We hebben samen veel gekke dingen gedaan en veel lol gehad, waren lange tijd onafscheidelijk en hadden een bijzondere band. Na het middelbaar verwaterde ons contact, maar een jaar geleden zagen we elkaar terug. We probeerden de band opnieuw op te bouwen en konden het de afgelopen tijd goed met elkaar vinden. Regelmatig planden we iets leuks om samen te doen, net als die ene avond.

Ik belde aan, maar er kwam geen antwoord. Ik probeerde het nog een paar keer, nog steeds geen reactie. Plotseling hoorde ik iets in het huis wat mijn bloed deed stollen. Het was een schreeuw die door merg en been ging, een kreet van iemand die doodsangsten uitstond. Overmand van angst maar toch vastberaden besloot ik dat ik moest gaan helpen. Ik wist dat Tommy zijn sleutel onder de bloempot verstopte en met een bang hartje en knikkende knieën opende ik de deur. In de verte hoorde ik nog net enkele voetstappen en een dichtslaande deur. Daarna niets meer, enkel een angstaanjagende stilte. Ik probeerde Tommy's naam te roepen, maar er kwam geen geluid uit mijn keel. Ik rende het huis door, maar vond niemand. Het leek wel een spookhuis waar ik in ronddwaalde. Toen ik bij de woonkamer kwam, voelde ik instinctief dat er iets niet klopte. Achter de tafel zag ik iemand op de grond liggen. Ik kwam dichterbij en zag dat het Tommy was. Zijn lichaam vertoonde wonden op verschillende plaatsen en hij lag in een grote plas bloed. Het leek erop dat hij met een mes was gestoken. Om zijn armen en benen zaten stukken tape. Zijn ogen stonden wijd open en staarden me aan, zijn mond leek me nog iets te willen vertellen. De lucht was zwaar van het bloed en de stank van dood en verderf hing in de woonkamer. Het levenloze lichaam lag erbarmelijk op de grond, omringd door een meedogenloze stilte.


-1-


Ik kon niet geloven dat dit echt was. Compleet in shock liep ik naar buiten en belde de politie terwijl mijn tranen zich een weg baanden over mijn kaken. Tommy was dood, drong het tot mij door.

Leunend tegen de omheining met mijn hoofd verborgen in mijn handen, stond ik daar, te aangedaan om ook maar iets te beseffen van datgene wat ik net had meegemaakt. Toch moest ik een verklaring afleggen aan de ter plaatse gekomen politie. Ik had geen antwoorden, alleen massa's vragen. Wie heeft Tommy vermoord? Waarom? En zou de moordenaar ooit worden gevonden? De vragen bleven door mijn hoofd spoken. Het onderzoek van de politie leverde voorlopig niets op, er waren immers geen getuigen en geen onmiddellijke verdachten. Ik vreesde ervoor dat de moordenaar nooit zou gevonden worden.

De daaropvolgende maanden waren moeilijk. Het verwerken van de moord viel me zwaar en ook het beeld dat ik die avond had gezien, stond op mijn netvlies gebrand. 's Nachts kon ik soms wakker schieten, volledig in paniek en badend in het zweet. Ik had mijn beste vriend verloren en geen enkel idee wie de moordenaar was. Ik bezocht zijn graf elke dag in de hoop antwoorden te vinden, maar die kwamen niet. Ondertussen gingen de dagen voorbij en mijn leven ging door. Ik was eenzaam zonder Tommy, maar probeerde er het beste van te maken. Ik ging uit met andere vrienden en begon me meer ontspannen te voelen, maar ik kon de moord niet uit mijn hoofd zetten. Ik dacht er dag en nacht aan.

Een halfjaar later kreeg ik een telefoontje van de politie. Ze hadden nieuwe informatie over de moord. Na een maandenlang onderzoek, met verschillende verkeerde verdachten hadden ze eindelijk de echte moordenaar te pakken. Het bleek om een vriend van Tommy te gaan. Ze vertelden me dat hij gek geworden was van jaloezie en daarom de moord had gepleegd.

Ik was opgelucht dat de moordenaar was gevonden, maar de waarom – vraag bleef me achtervolgen. Het was een zware opgave voor mij om de verdachte in de gevangenis op te zoeken, maar in mijn onderbewustzijn wist ik dat ik het moest doen. Ik wilde hem persoonlijk vragen waarom hij Tommy had vermoord, ik wilde het uit zijn eigen mond horen. Hij vertelde me dat hij jaloers was, dat hij niet kon accepteren dat Tommy in alles beter was dan hij.


-2-


Tommy had meer liefde, meer vrienden, meer geld en meer succes. Hij kon het niet langer verdragen dat hijzelf minder was, zeker niet omdat Tommy hem er elke dag mee treiterde en hem uitlachte. Uiteindelijk kon hij het niet langer aanhoren en viel hem aan. Ik was verbijsterd door alles wat hij me vertelde. Ik kon niet geloven dat iemand zoveel jaloezie en woede in zich kon hebben om een moord te plegen.

Toen ik de gevangenis verliet, vielen de puzzelstukjes in elkaar want eindelijk kreeg ik de antwoorden die ik zocht. De moordenaar was gevonden en zou de gepaste straf krijgen. Maar tegelijkertijd was ik ook verdrietig, mijn beste vriend was er niet meer en ik zou hem nooit meer zien. Ik zou de komende jaren moeten leven met de pijn van zijn verlies. Zijn dood zou me voor altijd bijblijven.

Ik ben nu een paar jaar verder en heb mijn leven terug op de rails. De pijn van zijn verlies zal nooit helemaal wegebben. Tommy zal ik nooit vergeten en ik denk nog vaak aan hem. Ik heb geleerd dat het leven soms vreemd en wreed kan zijn. Soms is er geen logisch antwoord op vragen, maar het leven gaat door en we moeten er het beste van maken.


-3-